Autor: |
Devynck, Caroline, Snacken, Sonja |
Přispěvatelé: |
Criminologie, Criminaliteit & Samenleving, Fundamentele rechten centrum |
Jazyk: |
Dutch; Flemish |
Rok vydání: |
2016 |
Popis: |
Sinds de inwerkingtreding van de Euthanasiewet van 28 mei 2002 in België, werd er een juridisch kader voorzien voor euthanasie. Onder de strikte voorwaarden van de wet is euthanasie door een arts niet strafbaar indien de patiënt zich in een medisch uitzichtloze toestand bevindt van aanhoudend en ondraaglijk lijden dat niet kan gelenigd worden, en dat het gevolg is van een ernstige en ongeneeslijke, door ziekte of ongeval veroorzaakte aandoening. Het verzoek van de patiënt dient duurzaam en herhaaldelijk te zijn en mag niet tot stand zijn gekomen onder enige vorm van externe druk. Vanaf 2011 tot begin januari 2016 zijn er reeds 20 euthanasieverzoeken geformuleerd door geïnterneerden en gedetineerden op grond van ondraaglijk psychisch lijden. Het betreft zowel geïnterneerden die omwille van de maatregel voor onbepaalde duur in de gevangenis verblijven als gedetineerden die een lange of levenslange straf uitzitten. De specificiteit van de gevangeniscontext bemoeilijkt echter de vraag naar deoorzaak van het lijden. De gevangenis kan immers zelf ook zowel psychisch lijden als psychiatrische aandoeningen genereren, in stand houden of verergeren. Hierbij is het dan ook noodzakelijk om de mogelijke impact van de detentie op de mentale toestand van de geïnterneerden en gedetineerden na te gaan. In dit artikel bespreken we de complexiteit van deze problematiek op basis van lopend VUB onderzoek. |
Databáze: |
OpenAIRE |
Externí odkaz: |
|