Graffiti in beeld. Eindrapportage

Autor: Vanderveen, G.N.G., Jelsma, F.
Rok vydání: 2011
Zdroj: None
Popis: Dit is de eindrapportage van het onderzoek “graffit in beeld” waarin is onderzocht in hoeverre verschillende typen graffiti als overlastgevend worden ervaren. Het gehele onderzoek is opgebouwd uit een aantal verschillende onderdelen die in de drie eerdere tussenrapportages uitvoerig zijn toegelicht en in dit eindrapport nogmaals in essentie zullen worden besproken. Ten slotte zullen hierop aansluitende aanbevelingen worden geformuleerd. Op basis van de twee empirische voorstudies (zie tussenrapportage 1. ) is vastgesteld dat mensen onderscheid maken tussen diverse soorten graffiti. Dit onderscheid wordt hoofdzakelijk gemaakt op basis van het type graffiti (tags/throw ups/pieces) en de locatie of achtergrond waarop deze graffiti zichtbaar is. Daarom is ervoor gekozen in de online vragenlijst en het onderzoek in de virtuele wijk het type graffiti en de locatie waarop de graffiti zichtbaar is stelselmatig te variëren. Op deze manier kan worden bekeken hoe de verschillende vormen van graffiti zich verhouden tot de mate waarin deze als overlastgevend worden ervaren (zie tussenrapportage 2. Online vragenlijst). In totaal hebben ongeveer 1000 respondenten de online vragenlijst ingevuld, en zo’n 1500 respondenten hebben deelgenomen aan het onderzoek in de virtuele wijk. Hier hebben respondenten acht verschillende plekken bezocht en daar telkens verschillende typen graffiti tags/pieces/throw ups) beoordeeld. Deze acht plekken waren een tunneltje, parkeerplaats met een auto, speeltuin, winkelpand, woonhuis, skatepark, parkeergarage en een hek/muur (zie tussenrapportage 3. Virtuele wijk). Uit beide studies blijkt: a) dat er grote variatie is in de algemene waardering ten aanzien van graffiti binnen de Nederlandse bevolking en b) dat er grote variatie is in de voorbeelden van graffiti die als overlastgevend worden ervaren. Dit is afhankelijk van: • Het type graffiti; tags (krabbels) worden het meest negatief beoordeeld, daarna de throw ups (dikke gestileerde letters), en de graffiti die het minst negatief wordt bevonden bestaat uit pieces (grote afbeeldingen). • De locatie waar de graffiti zich bevindt; graffiti op een object in het skatepark wordt minder negatief beoordeeld dan graffiti op een huis. De aanbevelingen met betrekking tot het beleid ten aanzien van de verwijdering van graffiti zijn geformuleerd op basis van de bevindingen uit het gehele onderzoek. Ten eerste wordt ingegaan op de noodzaak voor gericht onderzoek naar de overlastbeleving van specifieke graffiti. De ene graffiti is de andere niet. Wanneer mensen gevraagd worden over hun algemene oordeel naar graffiti zijn zij niet negatief. Maar wanneer hen naar specifieke voorbeelden wordt gevraagd, vellen zij wel een negatief oordeel. Om passend beleid te voeren moet dus worden gekeken naar de specifieke elementen van graffiti die maken dat ze meer of minder overlastgevend worden gevonden. De aspecten die hierbij vooral van belang zijn, zijn het type graffiti en de locatie waar deze zich bevindt. Daarnaast wordt ook beschreven hoe een graffitiwijzer gebruikt zou kunnen worden door diverse partijen om graffiti te classificeren om deze vervolgens een daarbij passende verwijderingprioriteit toe te kennen. Ten slotte zullen ook nog een aantal suggesties worden gegeven om maatwerk voor specifieke bewonersgroepen te bewerkstelligen. Deze zijn gebaseerd op lichte verbanden gevonden tussen bijvoorbeeld leeftijd en de mate waarin graffiti overlastgevend wordt gevonden.
Databáze: OpenAIRE