Autor: |
Veen, H.M. van, Overbeek, J.P., Kreiter, R., Motelica, A., Rietkerk, M.D.A., Tuel, M.M.A. van, Marsman, H.J., Cuperus, P., Vries, H. de, Bouwstra, J., Tchoua Ngamou, P.H., Creatore, A., Deelman, B.J., Boom, M. van den, Wienk, I. |
Přispěvatelé: |
Energieonderzoek Centrum Nederland |
Jazyk: |
Dutch; Flemish |
Rok vydání: |
2013 |
Popis: |
"Het hier beschreven project is uitgevoerd door ECN, TU Eindhoven, Solsep BV, Fujifilm en Arkema. Het doel van dit project was de ontwikkeling van hybride silica organische oplosmiddel nanofiltratie membranen op een goedkope polymere drager met gebruik van geavanceerde coating technieken. De industriële vraag naar generiek inzetbare nanofiltratie membranen met voorspelbare en stabiele eigenschappen in toepassingen met verschillende organische oplosmiddelen wordt steeds groter. Deze toenemende vraag is ingegeven door een groeiend besef dat deze technologie zal leiden tot: 1) een hogere productkwaliteit tegen lagere kosten, 2) verhoging van de energie efficiency, 3) verminderde belasting voor het milieu. Zowel door de nat-chemische (sol-gel) en gasfase aanbrengroute (Chemisch Damp Depositie - CVD) is aangetoond dat een goede membraan laag kan worden gemaakt op een commerciële polymeer drager tegen potentieel lage kosten. De membranen hebben een hoge retentie voor zonnebloemolie (molecuul gewicht 1000 Dalton) in het oplosmiddel tolueen. Vooral de stabiliteit in tolueen is belangrijk voor membraanproducenten en dit opent nieuwe eindgebruiker markten. Met model mengsels (Polyethyleenglycol in water) is aangetoond dat een HybSi® membraan laag, waarin porievormers aangebracht zijn en die is aangebracht op een keramische drager, moleculen kan tegenhouden die een mol massa hebben van 350 Dalton. De reproduceerbaarheid van de membranen en de opschaling moet nog worden bewezen. Ook zal er moeten worden geoptimaliseerd naar hogere oplosmiddel permeantie In een conceptueel ontwerp van een productielijn zijn geen belangrijke problemen gevonden. Het inzetten van nanofiltratie membranen als op zichzelf staand proces in de scheiding van MonoOctylTinChloride van DiOctylTinChloride is niet mogelijk omdat een te hoge selectiviteit en druk nodig zijn. Een generiek rekenmodel voor het maken van een realistische eerste evaluatie van een nanofiltratie proces in vergelijking met een conventioneel meervoudig effect verdampingsproces is ontwikkeld." |
Databáze: |
OpenAIRE |
Externí odkaz: |
|