Popis: |
Dit rapport beschrijft de methode-ontwikkeling en de prestatiekenmerken van een HPIC/UV-methode voor de bepaling van nitraat en nitriet in urine, maagsap, speeksel en bloedplasma van humane herkomst. Gedetecteerd wordt bij 208 nm waardoor voldoende selectiviteit voor nitriet en nitraat wordt verkregen t.o.v. chloride-, sulfaat- en fosfaat-ionen. Urine en maagsap worden op identieke wijze voorbewerkt door een deelportie van het monster te verdunnen met water en vervolgens chromatografisch te zuiveren over een SPE-kolomopstelling bestaande uit een C18-kolom die in serie geschakeld is met een IC/Ag+ kolom. De meetoplossing wordt onderzocht met HPIC/UV bij 208 nm. Nitriet blijkt in beide monstersoorten alleen kwalitatief te meten. De terugwinning voor nitraat in urine is gemiddeld 96% (N=25) voor het lage niveau van verrijken en gemiddeld 103% (N=8) voor het hoge verrijkingsniveau. Voor maagsap zijn deze resultaten respectievelijk gemiddeld 98% (N=12) voor het lage en gemiddeld 101% (N=4) voor het hoge niveau van verrijken met nitraat. De monstervoorbewerking van speeksel is eenvoudig. Na certifugeren wordt het monster verdund met water, nogmaals gecentrifugeerd en het supernatant onderzocht op nitriet- en nitraatgehalte. Zowel nitriet als nitraat zijn goed kwantificeerbaar. De terugwinning voor nitriet toevoegingen bedraagt gemiddeld 103% (N=12) voor het lage en gemiddeld 102% (N=4) voor het hoge niveau van verrijken. Voor nitraat is de terugwinning gemiddeld 102% (N=12) voor het lage en gemiddeld 103% (N=4) voor het hoge niveau van verrijken. De monster-voorbewerking van bloedplasma was het moeilijkst. Verschillende manieren zijn onderzocht om dit monstermateriaal te onteiwitten. Hiervoor zijn ultrafiltratie- en precipitatie-technieken getest. Uiteindelijk is het gelukt om met methanol de aanwezige eiwitten neer te slaan en vervolgens, na zuiveren van een deelportie van het supernatant over een C18-IC/Ag+ kolomopstelling, beide analyten kwantitatief te bepalen met HPIC/UV bij 208 nm. De resultaten voor terugwinningsexperimenten zijn goed en bedragen voor nitriet gemiddeld 100% (N=19) en voor nitraat gemiddeld 98% (N=34). De verrijkingen zijn voor bloedplasma alleen op het lage niveau van toevoegen uitgevoerd. De ontwikkelde methode van onderzoek is beschreven in SOP nr. ARO/385. |