Popis: |
Conclusies bureauonderzoek Op basis van het bureauonderzoek wordt vastgesteld dat in het plangebied vanwege de aanwezigheid van een dekzandrug een middelhoge verwachting geldt. Er kunnen resten worden aangetroffen vanaf het laat paleolithicum tot en met de Nieuwe tijd. Binnen het plangebied kunnen op basis van de eerdere onderzoeken podzolgronden verwacht worden op de hoger gelegen delen van het plangebied die vanaf de prehistorie gunstig zijn geweest voor menselijke activiteiten. Daarbuiten op de lager gelegen delen is de verwachting voor het aantreffen van archeologische waarden laag. Bovendien kan worden geconcludeerd dat een deel van het actuele plangebied reeds onderzocht is. Daarbij gaat het concreet om het onderzoeksgebied vanaf het 110 kV-station tot aan de Nieuwe Deventerweg. Antea Group adviseert binnen de zone met een middelhoge verwachting (dekzandrug) vervolgonderzoek in de vorm van verkennend booronderzoek op twee locaties (afbeelding 11). De eerste locatie (Iepensingel) ligt direct ten oosten van het transformatorstation, waar een HDD-kuip en aansluiting op het station is voorzien (in open ontgraving). Hier geldt een middelhoge verwachting. De tweede locatie betreft locatie het Erf in de wijk Vloedkampen waar twee HDD-kuipen zijn voorzien met een korte aanleg in open ontgraving, en voorts een mogelijke uitlegstrook wordt voorzien. Of bij dit gebruik uiteindelijk bodemverstoring zal plaatsvinden is nog niet geheel bekend, aangezien het plan nog in voorbereidingsfase bevindt en dergelijke details nog uitgewerkt zullen worden. De HDD-boringen inclusief de in- en uitreedpunten vormen geen bedreiging voor eventueel aanwezige archeologische waarden vanwege de aanlegdiepte van de HDD circa 10 m tot 25 m – mv. Deze zones kunnen net als de gebieden waarin reeds onderzoek heeft plaatsgevonden (het 110kV station zelf en de aanleg tussen het station en de Nieuwe Deventerweg) worden vrijgegeven. Conclusies en advies verkennend booronderzoek Op deellocatie Iepensingel bestaat het profiel tot aanzienlijke diepte (minimaal 1,6 m -mv en maximaal 2,7 m -mv) uit opgebrachte en omgewerkte pakketten. Hieronder ligt direct een C-horizont (boringen 02, 03 en 04) en in een enkele boring (01) een restant van een eerdlaag, gevormd in dekzand. Dit betreft een restant van een goor- of beekeerdgrond. Van de eerdlaag resteert slechts 15 cm. In de overige boringen is deze laag geheel verdwenen. De mate van verstoring, ondanks bedekking door aanzienlijke ophogingslagen, is vrij hoog. Op locatie het Erf is voor het meest oostelijke boringen geen reconstructie te maken van de oorspronkelijke bodem: het profiel bestaat onder een gering omgewerkt pakket uit een C-horizont, al dan niet iets roestig bovenin. Voor het westelijke deel is uit de absolute hoogteligging te herleiden dat het hier een dekzandrug aanwezig is. De bodem bestaat uit omgewerkte lagen die direct op een C-horizont ligt. De oorspronkelijke (historische) bodem zal hier hebben bestaan uit een humeuze ploegvoor op de C-horizont (maar geen duidelijk enkeerdgrond). Podzolbodems of geroerde resten daarvan zijn niet aangetroffen. De aangetroffen bodems zijn onvoldoende intact om de eventuele de aanwezigheid van intacte archeologische vindplaatsen te ondersteunen. Wij adviseren daarom om, in aanvulling op het advies uit het bureauonderzoek, ook de nader onderzochte locaties vrij te geven voor wat betreft het aspect archeologie. Dit advies wordt gegeven voor het tracé zelf (de open ontgravingen en HDD-putten op beide onderzochte locaties), alsook voor een eventueel te realiseren werkstrook of uitlegstrook langs de weg het Erf (te weten binnen de begrenzing van het onderzoeksgebied zoals weergegeven op afbeelding 11 in dit rapport). In de uitvoeringsfase kunnen eventueel nog andere werkterreinen in en om het plangebied worden ingericht. Mits daarbij grondroering wordt voorzien en mits de locatie binnen de zone die op afbeelding 5 is aangemerkt als een zone met middelhoge verwachting valt, dan kan daar alsnog een archeologisch onderzoek verplicht zijn. Het bovenstaande selectieadvies is in de vorm van een eerdere revisie van dit rapport (revisie 0A) voorgelegd aan de adviseur van de bevoegde overheid, Het Oversticht, en akkoord bevonden (d.d. 18 mei 2022). |